Dit was 2025 | Czaar & Ludo Bekker
Een langlopende samenwerking in architectuurfotografie, sociale woningbouw en publieke ruimte
Een samenwerking die groeit in tijd en inhoud
Deze terugblik op 2025 staat in het teken van czaar, een architectenbureau waarvoor ik ook dit jaar opnieuw meerdere projecten mocht documenteren. Het is een samenwerking die al jaren loopt en die zich kenmerkt door vertrouwen, inhoudelijke uitwisseling en een gedeelde aandacht voor maatschappelijke relevantie in architectuur.
Mijn kennismaking met het bureau gaat terug tot vóór czaar. Via Stad en Architectuur al in contact kwam met Ludo Bekker. En in de aanloop naar het Venetië-project dat me samen met Peter Van Impe en An Roovers op de internationale architectuurbiënnale in Venetië bracht, leerde ik Stefaan Feys kennen. Vanuit die context volgde de vraag om projecten van a33 in beeld te brengen. Wat begon als een eerste opdracht, groeide uit tot een langdurige samenwerking die zich later ook voortzette met czaar.
Architectuur documenteren doorheen Vlaanderen
Door de jaren heen werd ik door a33 en czaar naar uiteenlopende plekken gestuurd: het atoomdorp in Mol, het Sint-Pieterscollege in Leuven (waar ik zelf school liep), projecten in Nijlen, Antwerpen en vele andere locaties. Het ging daarbij nooit enkel om het vastleggen van een afgewerkt gebouw, maar om het begrijpen van de context, de schaal en de intenties achter het ontwerp.
Die manier van werken sluit nauw aan bij hoe ik architectuurfotografie benader: niet als registratie, maar als interpretatie. Elk project vraagt tijd, aandacht en een afweging tussen ruimte, gebruik en omgeving.
“Gewone mensen architectuur” als ontwerphouding
Czaar omschrijft hun werk vaak als “gewone mensen architectuur”. Dat begrip vat hun ontwerphouding bijzonder goed samen. Met beperkte middelen streven ze naar een zo hoog mogelijke woon- en gebruikskwaliteit, vaak voor doelgroepen met weinig marge of keuzevrijheid. In de sociale woningbouwprojecten die ik voor hen fotografeerde, staat woonkwaliteit consequent centraal.
Ook scholen vormen een belangrijk deel van hun portfolio. Daar geldt dezelfde ambitie: maximale ruimtelijke kwaliteit realiseren binnen doorgaans beperkte budgetten. Als fotograaf betekent dat werken met aandacht voor nuance, gebruik en schaal, zonder te vervallen in gratuit esthetiseren.
Ontwerpen en bouwen binnen realistische randvoorwaarden
Het is geen toeval dat Dethier in czaar een vaste partner vond voor hun design & build-projecten. In gesprekken met Bart Coenegrachts tijdens onze trip naar Barcelona, kwamen duidelijke parallellen naar voren tussen de ontwerpaanpak van czaar en de manier waarop Dethier zoekt naar haalbare bouwoplossingen met respect voor budget, planning en context. Die gedeelde ingesteldheid vertaalt zich in projecten die helder, robuust en uitvoerbaar zijn.
Een boek als fotografische terugblik
Een bijzonder moment binnen deze samenwerking was de vraag van Ludo Bekker om mee op pad te gaan voor het boek “Werken in het lelijkste land ter wereld”, dat hij samen met Eric Min schreef. Voor dit project maakten we een fotografische rondreis langsheen de belangrijkste realisaties uit meer dan veertig jaar architectuurpraktijk.
Die tocht bracht me naar nieuwe plekken in en rond Leuven, maar ook naar projecten die diep in het collectieve geheugen verankerd zitten, zoals Sint-Maartensdal en de Silvertop-torens langs de Antwerpse ring. Het werd een intense en inhoudelijk rijke opdracht waarin fotografie fungeerde als middel om architectuur, context en tijd met elkaar te verbinden.
De rol van beeld in architectuur
Bij de boekvoorstelling maakte ik een videomontage die het traject en de gesprekken rond het boek samenbrengt. Het volgende citaat van Ludo Bekker verwoordt treffend hoe beeld binnen hun praktijk functioneert en welke rol fotografie daarin kan spelen:
“Architectuur is oneindig veel meer dan het beeld dat je ervan te zien krijgt en toch is het beeld net datgene waarmee architectuur zich in onze herinnering verankert en deel van onze cultuur wordt.
Daarom moet de gebouwde leefomgeving er goed uitzien alsook de beelden die onze fotograaf ervan maakt. Die beelden hebben we nodig om te tonen welke de basisintenties waren bij het vormgeven van onze gebouwde ruimte. Ze zijn nodig om te verklaren, om te overtuigen en om te verleiden, om een draagvlak voor acceptatie te creëren en steun te krijgen om nieuwe projecten te verwezenlijken.
Met dit doel voor ogen doen we al een tiental jaren beroep op Steven Massart. Hij draagt bij tot de kwaliteit van onze portfolio, die de kwaliteit van ons architecturaal werk moet uitdrukken. Bij de vormgeving van het boek “Werken in het lelijkste land ter wereld”, dat ik samen met Eric Min schreef maakte ik met Steven een fototrip langsheen de belangrijkste projecten die we in een tijdspanne van meer dan 40 jaar realiseerden. Het resultaat mag er zijn”
Ludo Bekker - auteur & architect
Ik kijk alvast uit naar meer “gewone mensen architectuur” in 2026!